Ik ben gebroken, geknakt. Ik noem het bewust niet AF-gebroken want dan is het doormidden en zijn er hechtmiddelen nodig. Mijn omhulsel is nog heel, maar de binnenkant daar zitten heel veel breuklijnen. Zie het als een gerbera, een bloem die gestut moet worden door ijzerdraad om overeind te blijven. Ik heb heel veel ijzerdraden om me heen, heel veel dierbare die me helpen daar waar het kan om overeind te blijven. Maar de binnenkant daar kunnen ze niet bij, ik sta nog steeds overeind maar de breuk vanbinnen die zit er.
De carnaval staat voor de deur en er zijn al verschillende voorbals, zoals ze dat noemen. Ik heb ze eigenlijk allemaal laten schieten tot gisteravond. Gisteravond was de jaarlijkse zittingsavond, veel plaatselijk talent traden op voor een volle zaal. Ieder jaar ben ik weer trots op onze dorpsgenoten die dit doen. Dit jaar deed Leon mee en had er 3 maanden 2x in de week voor getraind en het was ook echt fantastisch hilarisch wat ze ten tonele brachten. Gisteravond ging ik dus op pad, ik weet dat ik lichamelijk wat heb ingeboet omdat we toch veel dingen moeten regelen en daarvoor veel op pad moeten en ik zit ook veel recht op. Mijn buik kan dit nog niet goed aan en dat voelde ik goed toen ik daar in die zaal op de stoel zat. Er werd een andere stoel voor mij geregeld en ik deed mijn vest achter bij rug zodat ik een beetje in een strandstoelhouding kon gaan zitten en dat was beter. Maar er waren natuurlijk ook hééééél veel dorpsgenoten, die ik voor het eerst zag nadat wij de deuren van de winkel hadden gesloten. Echt iedereen was zo lief, ik kreeg troostende woorden en weer voelde het als: waar heb ik dit toch aan verdiend. Ik probeerde me groot te houden, glimlachte sprak vertrouwen uit maar ohhh vanbinnen voelde het zo anders. Ik kreeg complimenten, wat zie je er toch goed uit, wat ben je toch een sterke vrouw, wat moeten jullie toch allemaal meemaken en als er een deur sluit, opent er altijd weer een andere deur. Echt zo lief en meelevend, maar vanbinnen ging ik dood. Ik kon nog wel lachen van alle grappen die ten tonele kwamen, maar het was lastig. Bewust nam ik geen alcohol, ik zou daar natuurlijk wel losser van worden op dat moment maar daarna pakt het meestal anders uit en val je nog dieper in de put. En toen kwam het punt dat ik dacht nu moet ik de zaal uit, ik ben naar voren gegaan waar wel wat dorpsgenoten waren die nog moesten optreden maar daar had ik wel meer ruimte. Dacht daar lukt het me wel om even tot rust te komen, maar ik stortte in. Ik kon niet stoppen met huilen en er kwamen meteen mensen, die ik goed ken me tot hulp. Ik wist het niet meer en ik wilde ze allemaal niet de mooie avond verpesten. Wilde ook niet dat Leon, Tim en Luc me zo zagen want ze konden ook wel ontspanning gebruiken. Maar het was onvermijdelijk, Leon werd toch geroepen want ik moest een sleutel hebben om naar huis te gaan. Er werd van alles voor me geregeld dat ik naar huis kon maar eerlijk gezegd heb ik het allemaal niet meegekregen, veel ging aan mij voorbij. Ik had wel veel mensen om me heen dat voelde ik wel, lieve mensen die me goed kennen en die me nog nooit gezien hadden dat ik zo verdrietig was, eigenlijk waren ook ze ook maar machteloze toeschouwers en konden ze ook niet veel meer als me vasthouden. Uiteindelijk heeft José me naar huis gebracht en is nog even bij me gebleven. Ik was niet in paniek of zo, eigenlijk was ik best rustig maar had en heb nu nog intens verdriet.
Verdriet, het zal wel al een stuk rouw zijn waar ik nu doorheen moet. Ik heb angst voor de toekomst, gaan we het wel redden? Die angst gaat niet over mijn ziek zijn, daar heb ik meer: wat komt dat komt. De angst gaat over krijgen we werk? kunnen we onszelf gaan onderhouden? want we zitten nu zonder inkomen. Ik ben geen geldwolf kan ook echt wel zuiniger leven, maar we moeten wel kunnen leven. Mijn hele leven heb ik mensen om me heen gehad die altijd maar zeurde over geld, vreselijk vind ik dat. Ik zie ook nog steeds wat ik wel heb en hoeveel leed andere hebben, dan zeg ik moet je eens kijken dan mag ik niet klagen. Ik wil niet zeuren, ik wil vechten, ik wil een sterke vrouw zijn, maar ze is weg de vechter de sterke vrouw.
Leon en ik, zwemmen al jaren tegen de stroom in van een slechte organisatie en dit samen met vele collega’s. Het was eigenlijk niet meer te doen om franchisenemer bij de Phone house te zijn er heerste veel onvrede, negativiteit. We probeerde alles op alles te zetten, om het maar gedraaid te krijgen. De organisatie werd overgenomen door een charlatan, iemand uit de quote 500. Iemand met gladde praatjes maar die over lijken gaat. Ze begonnen ons business partners te noemen i.p.v. franchisenemers, maar de zieke organisatie werd steeds zieker en nam ons in zijn val mee. Daar kwam mijn ziek zijn nog eens overheen en dat alles heeft ervoor gezorgd dat we moe gestreden zijn, echt enorm moegestreden. Leon heeft het ook moeilijk maar die blijft doorgaan en doet wat er gedaan moet worden en zegt dat het wel goed gaat. Het kan ook niet anders we krijgen natuurlijk nu veel op ons bord om het faillissement zo snel mogelijk af te ronden en dat vergt veel werk, hele bergen werk.
Ik hoop dat iedereen gelijk krijgt dat het allemaal ergens goed voor is en we over een jaar terug kunnen kijken en zeggen dat we er beter op geworden zijn, maar ik kan dit nog niet geloven. Ondanks dat ik het leed van andere mensen nog wel zie en ze ook probeer te helpen waar ik kan, lig ik nu gebroken in mijn bedje. De enigste die nu op mijn slaapkamer komt is Leon, andere kan ik niet aan.
Ik hoop dat ik als ik morgenochtend wakker word en weer wat meer licht zie dan nu. Dat ik me kan herpakken om weer mijn schouders eronder te zetten.